Van A tot Z Diagnoses

 Van A tot Z Diagnose

ADD of Attention Deficit Disorder

  • aandachtstekortstoornis met als kernsymptoom het aandachtsprobleem. Hyperactief en impulsief gedrag zijn in mindere mate aanwezig of geheel afwezig.

ADHD

  • Attention Deficit Hyperactivity Disorder
  • een aandachtstoornis gecombineerd met hyperactiviteit en impulsiviteit.Attention Deficit Hyperactivity Disorder

Dit uit zich verschillend bij ieder kind, want elk kind is uniek. ADHD kan invloed hebben op school, het gezin en het sociaal functioneren van het kind. 

Asperger syndroom

  • vorm van een autisme spectrum stoornis

Kinderen met het Aspergersyndroom kunnen goed leren en praten. Hun taalontwikkeling- en begrip zijn normaal. Ze hebben een bovengemiddelde tot gemiddelde basisintelligentie. 

Autisme

  • of Autismespectrumstoornis (ASS)
  • wordt gekenmerkt door beperkingen in sociale communicatie en sociale interactie en anderzijds beperkt repetitief gedrag.

Net zoals ADHD zijn de kenmerken en gedragingen van ASS niet hetzelfde voor ieder kind.

CP

  • Cerebral Palsy of hersenverlamming
  • verzamelnaam voor aandoeningen waarbij het hersengedeelte dat de spieren controleert, beschadigd is.

Hersenverlamming treedt op bij een ontwikkelingsstoornis of een hersenletsel: tijdens de zwangerschap, de bevalling of kort na de geboorte.

CVI

  • CVI of  Cerebral Visual Impairment
  • een stoornis in het zien veroorzaakt door een afwijking of beschadiging van de hersenen. 
    De hersenen kunnen de  beelden die via onze ogen binnenkomen niet zo goed registreren of verwerken. Meestal wordt het veroorzaakt door een zuurstoftekort tijdens of vlak na de geboorte.

DCD

  • DCD  of Developmental Coordination Disorder)
  • coördinatiestoornis of dyspraxie

Bij een coördinatiestoornis heb je een achterstand in je grove en fijne motoriek. Het aanleren en uitvoeren van motorische taken verloopt minder vlot. Je kind kan onhandiger zijn, trager zijn, onnauwkeuriger handelen,….

Dyscalculie

  • leerprobleem op gebied van rekenen 

    Kinderen met dyscalculie hebben meer tijd nodig om rekenvaardigheden aan te leren.
     
    De  bouwstenen voor het leren rekenen ontwikkelen minder goed. Als gevolg hiervan gaat ook het aanleren van rekenprocedures moeizaam en zijn er ruimtelijk inzichtelijke problemen. 

    Dysfasie

    • primaire taalontwikkelingsstoornis
    • neurologische spraak- taal ontwikkelingsstoornis waarbij je kind meestal veel meer begrijpt van wat anderen zeggen dan het zelf kan zeggen

    Het treft zowel

    de ontwikkeling van de taalvorm (verbuigingen en vervoegingen en de zinsbouw)
    de taalinhoud (woordenschat) 
    het taalgebruik

    Dysgrafie

    • een stoornis in het vermogen om te schrijven

    Kinderen met dysgrafisch handschrift hebben problemen om mooi leesbaar te schrijven en in een goed schrijftempo.

    Dyslexie

    • een leerprobleem op gebied van lezen

    Kinderen met dyslexie hebben problemen met het aanleren en toepassen van lezen en spelling.
    Ze ondervinden meer moeilijkheden bij het omzetten van de geschreven taal in gesproken taal.

    Dysorthografie

    • een leerprobleem op gebied van spelling

    Kinderen met dysortografie hebben moeilijkheden met het aanleren en toepassen van spelling. Ze ondervinden meer moeilijkheden met de omzetting van een gesproken taal in een geschreven taal. Kinderen met dysgrafisch handschrift hebben problemen om mooi leesbaar te schrijven en in een goed schrijftempo.

    EFS

    • of executieve funtiestoornis
    • verzamelterm voor denkprocessen/functies die belangrijk zijn voor het uitvoeren van sociaal en doelgericht gedrag

    Kortom ze beïnvloeden je gedrag en je leren. 
     
    Wanneer een kind problemen heeft met executieve functies, heeft dit gevolgen voor het kind zelf maar ook voor iedereen in hun omgeving.

    Genetische aandoeningen

    • worden veroorzaakt door een afwijking in een gen of chromosoom
    • vb. Downsyndroom, Trit 1

    Hoogbegaafdheid

    • een ander  en sneller denk-en leervermogen en beleven alles intenser

    Hoogbegaafde kinderen kunnen opvallen door 

    een grotere leergierigheid en nieuwsgierigheid ( gedrevenheid, vele waarom-vragen)
    een vroege taalontwikkeling ( maken snel volzinnen, mooi taalgebruik)
    alles intenser te beleven (gevoelens, sterk rechtvaardigheidsgevoel,…)
    een ontwikkelingsvoorsprong (leren makkelijker)

    Hoogbegaafde kinderen kunnen heel wat problemen ondervinden zoals o.a.

    interesseverlies bij herhaling, bij onvoldoende uitdaging
    onderpresteren
    een opbouw van frustraties
    een minder goede werkattitude
    leermoeilijkheden

    Kinderafasie

    • een taalstoornis die ontstaat door een hersenletsel in de linker hersenhelft.

    Het wordt gekenmerkt door

    Terugval taalontwikkeling
    Auditieve verwerkingsproblemen
    Zwak auditief kortetermijngeheugen
    Taalbegripsproblemen
    Woordvindingproblemen
    Communicatieve intentieproblemen
    Problemen met verhaalopbouw
    Onvloeiend spreekgedrag

    MCDD

    • Multiple complex Developmental Disorder.
    • complexe ontwikkelingsstoornis
    • moeilijker om kunnen gaan met eigen emoties en gedachtenMultiple complex Developmental Disorder.

    ODD of een oppositionele-opstandige stoornis

    • problemen met het kunnen reguleren van emoties.

    Je kind geraakt snel gefrustreerd, is vaak ongehoorzaam en weinig flexibel in het omschakelen van hun houding als een situatie plotseling verandert.. 

    PTSS

    • Posttraumatische Stressstoornis
    • een lange, heftige stressreactie op een schokkende gebeurtenis
    • een angststoornis

    Bij een posttraumatische stressstoornis is het trauma niet verwerkt. Je kind heeft constante stress, is overdreven waakzaam, is meer prikkelbaar en voelt zich minderwaardig en ongelukkig.

    SPD

    • of  Sensory Processing Disorder

    Deze kinderen hebben het moeilijker met het verwerken van informatie via de zintuigen (gezichtsvermogen, gehoor, reukzin, smaakzin, tastzin, evenwichtszin en positiezin). Als gevolg is het lastig voor hen en/of omgeving om passend te reageren.

    Spierziekte

    • een ziekte waarbij de motorische voorhoorncellen in je ruggenmerg, zenuwwortels, zenuwen en zenuwplexus en de neuromusculaire overgang van de zenuw naar de spier kan zijn aangedaan.
    • zeldzame aandoeningen

    De meeste spierziekten in de kinderleeftijd zijn aangeboren

    Spina Bifida of open rug

    •  is een aandoening van de stem of het stemapparaat. Als gevolg merken we een afwijking van de klank, het toonhoogtebereik en het volume van de stem.

    Het stemgeluid is hees, schor, te hoog, te laag, te zacht of te luid, valt de stem weg of slaat ze over. Veel of lang praten lukt meestal niet. Er kan sprake zijn van keelpijn, keelschrapen, hoesten en een vermoeid gevoel in de keel. 

    TOS

    • taalontwikkelingsstoornis
    • dysfatische ontwikkeling of een primaire taalontwikkelingsstoornis
    • de taal wordt in de hersenen minder goed verwerkt.

    De stoornis treft zowel de ontwikkeling van de taalvorm (verbuigingen en vervoegingen en de zinsbouw), de taalinhoud (woordenschat) als het taalgebruik.
     
    M.a.w. je kind kan moeite hebben met praten of begrijpen van de taal. De taal-en spraakontwikkeling verloopt anders dan bij leeftijdsgenoten. 
     
    Als de taal zich niet normaal ontwikkelt ten gevolge een verstandelijke handicap, een gehoorstoornis of een psychische stoornis, dan spreken we van een secundaire taalontwikkelingsstoornis.

    Verbale ontwikkelingsdyspraxie

    • motorische moeilijkheden met plannen en/ of programmeren van articulatie bewegingen. Het heeft een neurologische oorzaak.

    VSLD/NLD of  visueel ruimtelijke leerstoornis

    • hebben moeite met het verwerken van non-verbale informatie m.a.w. het is een leerstoornis die géén betrekking heeft op de taal.

    Ze kunnen o.a. moeilijkheden ondervinden op visueel ruimtelijk vlak, motoriek en omgang met kinderen.

    Heb je een vraag? ​​​​​​​
    ​​​​​​​Aarzel niet om ons contacteren.

    Contacteer Ons

    Ontvang als eerste ons laatste nieuws per mail